Het onderstaande artikel schreef ik voor “Onze Hond”:
Ongeveer 3 jaar geleden gaf ik huis en haard op en ging ik “zwerven”. Een deel van het jaar woon ik in Zuid-Afrika, bij mijn verkering. De rest van de tijd waar het lot me brengt. En dat wordt bepaald door waar ik ga oppassen. Dat kan in Nederland zijn, maar net zo goed in België of op Lesbos.
Nadat ik al jaren zo links en rechts op honden van familie en vrienden had gepast, ging ik er in 2019 serieus mee aan de slag. Ik schreef me in op huizenoppassites, maakte een facebookpagina aan en het feest kon beginnen. Het regende aanvragen en inmiddels heb ik zelfs een wachtlijst!
Maine Coons
Mijn eerste oppasadres kan ik me nog goed herinneren. Ik ging in Gorinchem op twee Hollandse schapendoezen en vier katten passen. Oei, katten … In die tijd was ik nog echt een “hondenmens” en had ik weinig tot niets met katten, maar ik had flink geGoogled op Maine Coons (want die hadden ze daar) en een heel positief beeld gekregen van het ras. Ze werden met honden vergeleken en dat vond ik een goed teken.
De kennismaking verliep prima en we besloten om met elkaar in zee te gaan. Vanaf het moment dat ik daar ben gaan oppassen, ben ik ook een groot kattenliefhebber geworden. Wat heb ik met ze gelachen! Ze waren stuk voor stuk dol op aandacht, maar Ruby spande de kroon.
Wanneer ik achter de laptop zat te werken ging ze gewoon op het toetsenbord zitten om aandacht te krijgen. Toen ik de boekhouding zat te doen en net alle bonnetjes had gesorteerd, gooide zij ze met haar poot van tafel af. Kijk! Nou had ik ineens wèl tijd om iets tegen haar te zeggen! ’s Avonds zaten ze in een rijtje op de bank te wachten om geknuffeld te worden. Ze knuffelden elkaar ook trouwens. Guusje (de hond) waste Penny Lane (de kat) zo grondig dat ze er na afloop uitzag als een soort oude rocker met Brylcreem in zijn achterovergekamde haar.
Niet zo “Boze” Boy
Mijn volgende oppasadres was een grote boerderij op Schouwen-Duiveland. Daar zou ik voor Boy, een vervaarlijk uitziende herdershond, Johnny (de kat), Tiamo en Ticket (de paarden) plus 13 kippen gaan zorgen. De eigenaar, Danny, woonde zelf ook op de boerderij, in een ander huis weliswaar, maar omdat hij regelmatig op pad moest zocht hij iemand die op de beestenboel wilde passen. “Ik heb nog nooit echt voor een paard gezorgd” merkte ik op. Dat was volgens hem geen enkel punt. Hij zou het me wel uitleggen en de eerste paar keer meelopen.
Boy, de herdershond, en ik waren meteen dikke mik. Hij volgde me overal en iedereen die bij me in de buurt kwam probeerde hij luid blaffend weg te jagen. “Hij doet niks hoor!” riep ik dan bemoedigend. Of dat echt zo was? Geen idee, ik hield hem stevig aan de riem voor alle zekerheid. Maar ja, toen kwam mijn verkering over uit Zuid-Afrika. Die is gelukkig wel wat gewend, als het om honden gaat. Maar Boy was stik jaloers! Als Nic bij me wilde zitten, kwam Boy eraan gestoven. Hij blafte net zo lang tot Nic naar het andere bankstel verhuisde. Gelukkig kon hij niet de trap op zodat we in ieder geval ongestoord in één bed konden liggen.
Paardenmeisje?
En dan die paarden … die waren zo groot! Ze keken me onderzoekend aan en hadden volgens mij gelijk in de gaten dat ik er de ballen verstand van had. Natuurlijk wist ik wel dat ik er nooit vlak achterlangs moest lopen, maar daar hield het dan ook wel mee op. “Gewoon doorlopen, jij bent de baas!” moedigde Danny me aan. Ja ja.
Ik moest ze twee keer per dag hooi en brokken geven en schoon water, de stallen uitmesten en de mest uitrijden en ze ’s morgens naar een van de weilandjes brengen waar ze dan gedurende de dag konden rondlopen. Toen Danny meeliep ging dat allemaal zonder slag of stoot. Maar ja, op een gegeven moment moest ik het toch alleen doen natuurlijk. Ze schraapten met hun hoeven toen ze me aan zagen komen. Waar herkende ik dat ook weer van? O ja, van die tekenfilms met zo’n briesende stier! Die doet dat ook altijd.
De moed zonk me in de schoenen en ik kreeg de neiging om eerst op mijn telefoon te gaan Googelen wat het betekent, dat geschraap. “Kom op zeg!” zei ik dapper tegen mezelf. “Gewoon niet zeveren en doorwerken!” Ik deed het hek open en gebaarde dat zij “eerst moesten”, richting de stal. Maar nee, ze wilden achter me aan lopen en zetten me klem bij de ingang van de stal waar ik het voer in de bakken moest gooien. Ik zweette peentjes! Het leek wel of ze me uitlachten, ik zweer het.
Er loopt een paard op de dijk
Maar na een paar dagen kreeg ik de smaak en handigheid te pakken en gingen ze me waarderen. Want ja, ik was toch die mevrouw van het eten! Uiteindelijk werden we de beste vrienden en ging ik ze zelfs uitlaten op de dijk, tot grote hilariteit van de mensen die daar woonden. Wie laat er nu een PAARD uit?? Nou, ik dus. Altijd maar zo’n weilandje, dat leek me dodelijk saai.
Als ik niet in Zuid-Afrika ben, reis ik van het ene oppasadres naar het andere. Als er eentje wegvalt sta ik in feite voor die periode op straat. Nou ja, niet echt natuurlijk. Ik kan altijd wel ergens heen, maar toch, het is niet leuk. Maar de keren dat het is gebeurd, kwam er altijd een oplossing.
Stichting Gaga Animal Care
Zo belandde ik bijvoorbeeld op Lesbos waar ik op een moederhond met 6 pups ging passen. Haar baas had haar ergens achtergelaten en ze was door GaGa (de lokale zwerfhondenopvang) gered. Twee maanden lang heb ik op haar en haar zes ‘kinderen’ gepast. Natuurlijk kostte dat veel tijd, maar het was ZO leuk om te doen! Ik raapte per dag ongeveer 180 hoopjes poep op en zag er na een week uit als een complete vogelverschrikker. De pups hingen in mijn kleren, mijn haren (als ik bukte) en klommen met zijn zessen over me heen zodra ik met ze ging spelen. Kortom: het was geweldig!
Alleen, terwijl ik daar was kreeg ik problemen met de watervoorziening. 11 dagen lang geen water, weet je hoe lang dat is? Ik reed met jerrycans rond, douchte bij de ene buurvrouw en deed de was bij iemand anders. Uiteindelijk kwam er een Griekse loodgieter die ik weet niet hoeveel meter moest graven om de waterleiding om te leggen. Wat een avontuur, zeker als je geen Grieks spreekt (ik) of Engels (hij). Maar het kwam uiteindelijk goed en de eerste keer dat er weer gewoon water uit de kraan kwam heb ik echt wel een vreugdedansje gemaakt.
Momenteel ben ik aan het oppassen in Bruinisse, op twee Rhodesian Ridgebacks. Lilou en Zazu heten ze, twee flinke dames van zo’n 35 tot 40 kilo schoon aan de haak. Ze zijn heel gevoelig, slim en vooral: lomp. Maar op een goede manier, althans, dat vind ik dan. Ze bedoelen het niet zo maar je voelt het natuurlijk wel als ze met hun grote poten op je blote voet gaan staan. Het ras is ontstaan in Zuid-Afrika en ze werden daar gefokt voor de bewaking en om leeuwen te verjagen. Dus ze zijn redelijk onverschrokken. Als ze blij zijn springen ze als een echte Masai krijger hoog in de lucht. Dan moet je dus uitkijken dat je niet even bukt of zo. Want als ze tegen je neus springen ….
Ik zie dat veel mensen terughoudend reageren als ze de honden zien; ze zien er natuurlijk niet zo aaibaar uit met hun gladde velletje. Maar ze zijn zo lief, bij het aandoenlijke af. Ik zie er nu al tegenop om weer bij ze weg te gaan.
Nu is het trouwens altijd wel moeilijk om weg te gaan wanneer ik ergens heb opgepast, zeker als ik ergens lange tijd ben geweest. Inmiddels heb ik een aantal vaste oppasadressen waar ik regelmatig terugkom en mijn vriendjes vaker zie. Dat is extra leuk. En hoe het is om steeds in iemand anders huis te wonen? Ik vind het geweldig! Nooit meer sleur en je komt nog eens ergens! Voorlopig blijf ik dit dus nog wel doen.
Kader: Wilma Vervoort is schrijver en “zwerft” over de wereld. Ze schreef Mijn Moedboek waarin ze uitlegt hoe ze op haar 59ste haar huis opzegde en afscheid neem van haar spullen. Ze wilde onafhankelijk zijn en dat is gelukt. In het boek vertelt ze openhartig hoe het haar daarna is vergaan. Het boek is te koop op www.inandoutofafrica.nl en bol.com. Onze Hond geeft een exemplaar weg.
Ik schrijf voor de krant, voor mezelf en, als je dat wilt, ook voor jou. Al die verhalen die door jouw hoofd dwarrelen … zo opgeschreven dat je jezelf er precies in herkent. Ja! Zo bedoelde je het! Weten hoe dat werkt? Klik hier om contact met me op te nemen. Dan kunnen we het erover hebben.
Fijn dat je zelfs 2 pagina’s in Onze Hond hebt mogen schrijven. Mooi artikel weer. Zo krijgt men een goed beeld van je.