Voor Vijftig+ Magazine interviewde ik Patrick Martens over zijn boek Vandaag voel ik me goed
Aan jezelf werken is het mooiste cadeau
Patrick Martens is daar rotsvast van overtuigd. En hij kan het weten want hij heeft er bijna een heel jaar aan besteed. ,,Ik vroeg me steeds vaker af wie ik nu eigenlijk was.” Zijn zoektocht leverde hem zoveel op dat hij besloot zijn ervaringen te delen.
Patrick is acteur en presentator. Hij is bekend van het programma Koffietijd en speelde in diverse films. En nu ook als auteur, want sinds eind maart ligt zijn boek ‘Vandaag voel ik me goed’ in de schappen. Daarin schrijft hij openhartig over de ervaringen die hij opdeed tijdens zijn zoektocht.
Spannend?
Straks kan iedereen lezen wat je allemaal hebt meegemaakt. Vind je dat niet spannend?
Ja natúúrlijk! Maar ik vind dat als je iets gaat vertellen, je het ook goed en volledig moet doen. Ik ga dus echt met de billen bloot!
Waarom ben je er eigenlijk aan begonnen, aan dat boek?
In eerste instantie was ik helemaal niet van plan om een boek te schrijven. Ik schreef voor mezelf. Maar gaandeweg besefte ik dat ik zoveel had geleerd, vooral van de mensen die ik sprak, dat ik dacht: hier hebben anderen misschien ook wel wat aan. Want eigenlijk vraagt iedereen zich toch wel eens af: wie ben ik eigenlijk? Die ‘struggle’ kennen heel veel mensen. Het zou best kunnen dat ouders, die hun kind met iets zien worstelen, iets aan het boek hebben.
Zo’n zoektocht naar jezelf, naar zelfacceptatie, die heeft natuurlijk een aanleiding. Kun je daar iets over vertellen?
Zeker. Ik voelde me heel vaak niet goed genoeg en ik wist niet waar dat vandaan kwam. Heel vaak hoorde ik stemmetjes in mijn hoofd die me vertelden dat ik iets niet kon, of dat ik iets fout had gedaan. Ik had er, ondanks mijn vak, moeite mee om me te laten zien.
Toen ik meedeed aan het programma ‘Make up your mind’ en als prachtige drag queen het podium op stapte, merkte ik dat ik me veel vrijer voelde. Kennelijk had ik daar een masker voor nodig. Eigenlijk heeft dat programma me laten inzien dat ik me in het ‘gewone’ dagelijks leven ook zo sterk wilde voelen. Er moest iets veranderen, vond ik.”
Hoe heb je dat in gang gezet, die verandering?
Ik heb van alles gedaan. Ben in therapie gegaan, heb in een zweethut gezeten, ben met bekenden en onbekenden gaan praten en … ook met mijn moeder. Want ik wilde weten hoe ik als kind was. Dat was een heel verhelderend gesprek waarin ik ontdekte dat mijn moeder, en mijn vader ook trouwens, steeds heeft geprobeerd mij te beschermen. Want ik was echt een buitenbeentje.
Ik wilde dansen, met poppen spelen, me verkleden, maar ja, dat paste in de omgeving waar ik opgroeide niet. Daar waren jongetjes stoer en dat moest ik dus ook zijn. Ik kreeg een poppenwagentje van mijn tante maar dat lag ’s avonds al bij het vuil, want wat moet een jongetje nou met een poppenwagen?
Ik zat op voetbal en deed mee met de jongens, maar was heel anders dan zij. Dat had ik echt wel in de gaten, maar er was geen ruimte voor om dat te laten zien. Wat ik al zei, mijn ouders hadden het beste met me voor en deden wat volgens hen goed voor mij was. Maar toch is op die manier bij mij het idee ontstaan dat ik, als mezelf, niet goed genoeg was.
Die gevoelens, die gedachten en die onzekerheid werkten jarenlang door. Pas tijdens therapie begon ik te snappen dat die uit mijn jeugd stamden en dat ik er nooit mee afgerekend had. Ik kampte als veertiger nog steeds met gedachten en frustraties die ik al had toen ik in de twintig was. Mijn geaardheid is lang een probleem voor me geweest. Toen ik eenmaal uit de kast was gekomen, bleef ik maar kampen met schaamte en voelde ik me vaak down. Ik merkte dat ik heel vaak niet kon verklaren wat ik nu eigenlijk voelde.”
Hoe zou je jouw situatie nu omschrijven?
Nou, ik ben mezelf het afgelopen jaar wel flink tegengekomen hoor. Toen ik Chantal Janzen interviewde voor mijn boek, zei ze tegen me dat je monsters in de bek moet kijken. Dus dat je de confrontatie aan moet gaan in plaats van voor dingen weg te lopen. Dat heb ik gedaan en ik voel me nu zo opgelucht! Het is net of ik een zware jas heb uitgetrokken.
Ik ga niet claimen dat ik mezelf nu volledig heb geaccepteerd en dat daarmee de kous af is. Want zo werkt het leven niet. Er zal regelmatig iets gebeuren waardoor ik weer over mezelf en mijn gevoel moet gaan nadenken. Maar ik kan dat nu veel beter aan. Ik ben sterker dan ik dacht. Dat ik dat voor mezelf erkend heb, is heel waardevol. Trouwens, ik denk nu dat ik altijd al heel sterk ben geweest, maar ik maakte mezelf iets anders wijs. Je bent zelf je grootste saboteur. Als hij nu de kop opsteekt, herken ik hem en stuur ik hem weg.”
Als je mensen iets mag meegeven, wat is dat dan?
Werk aan jezelf, een groter geschenk kun je je jezelf niet geven. Je krijgt er zoveel voor terug als je op zoek gaat. Tegenwoordig moet alles maar in het hier en nu, niet terugkijken, alleen vooruitkijken!
Er zijn veel mensen die zeggen: ,,Ja, ik ben gewoon wie ik ben!” en die kijken niet verder dan dat. Als je je goed voelt: prima! Toch zou je jezelf ook eens af kunnen vragen waaróm je zo bent. Sta nou eens stil bij wat er in het verleden met je gebeurd is. Want dat heeft je gemaakt tot wie je nu bent. Waarom deden je ouders bepaalde dingen? Wat is hun achtergrond? Het maakt zoveel duidelijk! Het is niet altijd leuk, maar je krijgt er wel heel veel voor terug.”
Hier lees je meer over zijn boek.
Zoek jij een interviewer die durft door te vragen? Neem dan contact met me op.